Douwina Noordmans is projectleider bij het voltijds HB-onderwijs. Daarnaast is zij actief als Directeur Kwaliteit en onderdeel van het MT.
Daisy Smit
Daisy Smit is directeur van de Burgerschool waar voltijds hoogbegaafdheidsonderwijs wordt geboden.
Willy Buikema
Willy Buikema is leerkracht in de Plusklas, daarnaast is zij werkzaam op de Dr. Theun de Vriesskoalle in Veenwouden.
Als Stichting ROOBOL geloven we erin dat ieder kind de gelegenheid moet krijgen om het beste in zichzelf te ontdekken. Dat geldt ook voor meerbegaafde en hoogbegaafde leerlingen. “In de praktijk lopen deze kinderen binnen het reguliere onderwijs aan tegen uitdagingen op het gebied van motivatie en het vinden van aansluiting bij andere kinderen.” Douwina Noordmans, Daisy Smit en Willy Buikema vertellen over de manier waarop onderwijs voor hoogbegaafde en meerbegaafde kinderen wordt aangeboden binnen Stichting ROOBOL.
Douwina is tijdens haar periode als interim directeur op de Burgerschool in Dokkum nauw betrokken geweest bij het voltijd hoogbegaafdheidonderwijs dat op de school wordt aangeboden. De insteek is volgens haar eenvoudig: “We willen hoogbegaafde kinderen een vorm van onderwijs bieden die bij ze past, zodat ze zo optimaal mogelijk tot hun recht komen op school. Om dit te kunnen bereiken is het in de eerste plaats belangrijk dat kinderen met plezier naar school gaan. We verwachten dat dit deze speciale groep leerlingen helpt om meer plezier, aansluiting en begrip te vinden.”
“Wat je in de praktijk vaak tegenkomt bij hoogbegaafde kinderen is dat ze worstelen met de praktische kant van hun gave. Aan de ene kant lijkt het alsof dingen ze komen aanwaaien. Aan de andere kant moeten ze net als ieder kind voor sommige vaardigheden gewoon hard werken. Die verwarring zorgt voor veel frustratie bij de kinderen.”
Wat zijn de 7 uitdagingen waar getalenteerde, meer- en hoogbegaafde kinderen tegenaan lopen in het onderwijs? Tijl Koenderink van Novilo zet helder uiteen wat deze uitdagingen zijn, en wat je er aan kunt doen!
Het ‘leren leren’ is daarom een belangrijk speerpunt binnen het hoogbegaafdheidsonderwijs dat Stichting ROOBOL op verschillende manieren aanbiedt. “Binnen de Burgerschool wordt voltijds onderwijs geboden voor deze groepen. Maar op It Skriuwboerd in Surhuisterveen is er één dag in de week onderwijs via een Plusklas. In beide varianten wordt aandacht besteed aan drie belangrijke pijlers die deze kinderen helpt om hun talent goed op de juiste manier te stimuleren en te ontwikkelen.”
Ten eerste komen leerlingen in een zogenaamde peer-group. Douwina: “Dit betekent dat ze onderdeel uitmaken van een groep kinderen met dezelfde ontwikkeling, zodat er meer acceptatie en begrip is. Samen werken ze aan een zogenaamde ‘growth mindset’. Kinderen leren om een nieuwe uitdaging aan te pakken en dat hier inspanning voor nodig is. ‘Ik kan dat nóg niet’ in plaats van ‘ik kan dat tóch niet’. Je moet je voorstellen dat kinderen soms vastgelopen zijn in een reguliere klas en dat we heel hard met ze aan de slag gaan om het zelfvertrouwen terug te winnen.”
“Aan de ene kant lijkt het alsof het ze komt aanwaaien. Aan de andere kant moeten ze net als ieder kind voor sommige dingen gewoon hard werken.”
Daarnaast hebben deze kinderen hulp nodig om hun doen en laten doelgerichter te maken. “Denk hierbij aan de zogenaamde executieve functies,” aldus Douwina. “Dingen als het maken van een planning, het organiseren van het eigen werk en het reguleren van emoties en flexibiliteit zijn belangrijke aandachtspunten.”
Op de Burgerschool wordt onder andere gebruik gemaakt van Deep Level Learning. Het is een methode voor projectgestuurd en begrijpend leren. Onderscheidend is dat kinderen gestimuleerd worden om verbanden te leggen tussen thema’s en onderwerpen. “Het maakt kinderen nieuwsgierig naar het ontdekken van nieuwe begrippen. Kinderen hebben deels zelf inspraak in wat ze gaan onderzoeken en hoe ze de informatie willen onderzoeken. Hoe verder een project vordert, hoe meer je kinderen overzicht ziet krijgen terwijl ze ondertussen tóch hun kennis verdiepen.”
De resultaten zijn na zes jaar inmiddels zichtbaar. “Hierbij zit er ook echt verschil tussen kinderen die net instromen en kinderen die tot de eerdere lichtingen behoren. Zo zie je dat ook wij constant bezig zijn met het doorontwikkelen van de kwaliteit van dit stukje onderwijs. Wat ooit begon als een onderzoek blijkt nu een goede oplossing te zijn voor deze specifieke groep kinderen.”
Plusklas
In 2017 zijn er goede ontwikkelingen geweest rondom de Plusklas. Als ervaren leerkracht rondom onderwijs aan meerbegaafde kinderen heeft Willy Buikema haar kennis kunnen gebruiken in Surhuisterveen. Zij werd hierin bijgestaan door Petra de Kleine, die als onderwijsassistente met Willy samenwerkte om kinderen te helpen bij het ontwikkelen van vaardigheden. Tips vanuit het eerste jaar zijn meegenomen in de plannen voor het afgelopen schooljaar.
Een belangrijk punt is de inbreng van leerlingen en ouders bij het doorontwikkelen van de Plusklas. Willy Buikema vertelt: “Juist dat is belangrijk, je wilt goed kijken naar de behoefte en de mening van de leerlingen en hun ouders. Doordat kinderen van verschillende scholen komen is communicatie met de groepsleerkracht en ouders soms een uitdaging. We hebben daarom voor het eerst gebruik gemaakt van een kindportfolio. Hierin kan de leerling samen met mij doelen stellen en vorderingen bijhouden. Dit is leuk voor het kind zelf, maar natuurlijk ook voor ouders en de groepsleerkracht.” Het gebruik van het portfolio wordt in 2018 verder doorontwikkeld.
Handvatten
Een evaluatie door kinderen en ouders geeft voldoende handvatten om in het volgende schooljaar mee aan de slag te gaan. Willy Buikema: “De kinderen geven zelf aan dat ze het soms nog wat lastig vinden om met doelen aan de slag te gaan. Dat stukje gaan we dus volgend jaar nog verder met ze oppakken. Ook breiden we uit naar twee groepen – voor de middenbouw en de bovenbouw – waardoor we ook beter onderscheid kunnen maken in sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen.”
“Wat ooit begon als een onderzoek blijkt nu een goede oplossing te zijn voor deze specifieke groep kinderen.”